Uitgaan in Wenen
Wenen is een bruisende metropool. Sinds de stad aan het eind van de jaren zeventig van de 20ste eeuw uit haar diepe naoorlogse slaap werd gewekt, doet het Weense uitgaansleven nauwelijks nog onder voor dat van Parijs of Londen. De visitekaartjes van Wenen, waaraan de stad haar wereldwijde reputatie van een hoogontwikkelde metropool te danken heeft, zijn natuurlijk de Staatsoper, de Musikverein en het Konzerthaus . Hier laten de allerbeste vertolkers van de klassieke muziek horen wat ze waard zijn. Daarnaast heeft het Burgtheater een plaats verworven tussen de belangrijkste theaters in het Duitse taalgebied - ondanks alle problemen die er tijdens de dertienjarige ambtstermijn (die eindigde in de zomer van 1999) van Claus Peymann waren ontstaan.
In het hoogseizoen (juli en augustus) zijn de belangrijkste culturele bolwerken helaas gesloten. Dit geldt met name voor de vier grootste theaters, maar gelukkig vinden er in die periode in en om Wenen talrijke evenementen plaats.
Een avond in Wenen kan beginnen in het theater, met een concert of een opera, in een museum (sommige zijn op verschillende dagen tot 21 uur geopend), op een uitkijkpunt met uitzicht op de stad, in een restaurant, een gezellige Beislof - typisch Weens - bij een Heurige in de omgeving, waarvandaan u na sluitingstijd om middernacht naar een van de cafés of clubs in de binnenstad kunt afzakken. Wie het helemaal in stijl wil doen, begroet vervolgens het ochtendkrieken in een van de knusse cafés aan de Naschmarkt.
Ook wat het nachtleven betreft is Wenen - zoals de slogan van het toeristenbureau al zegt - een beetje anders dan vergelijkbare wereldsteden. De stad telt slechts een gering aantal grote clubs, maar des te meer cafés waar redelijk bekende dj's de nieuwste muziek draaien. Het uitgaansleven heeft hele stadswijken 'veroverd' en andere nieuw leven ingeblazen, zoals de Gürtel, de omgeving van de Naschmarkt, de Josefstadt , het Serviten-Viertel in het 9de district en de 'Bermuda-Dreieck' rond de St. Ruprechts-Kirche in de binnenstad (die zo genoemd wordt omdat je daar ten minste voor een nacht spoorloos kan verdwijnen).
De door de Jugendstilarchitect Otto Wagner ontworpen bogen van de oude spoorlijn (waar nu metrolijn 6 rijdt) aan de Gürtel zijn uitgegroeid tot een belangrijk onderdeel van het Weense uitgaansleven. Vroeger domineerden hier naast veel verkeer vooral autogarages en seksclubs, maar sinds de millenniumwisseling heeft de buurt met de komst van nieuwe cafés onder de bogen van de U6, die hier bovengronds rijdt, een heel ander aanzien gekregen - ook al is er als vanouds veel verkeer. De eerste nieuwkomer was de gitaarmuziektempel Chelsea, later volgden de rhiz, een bakermat van de Weense elektromuziek, de Q, een echte feesttent, en een hele reeks trendy eethuisjes. In de lange nachten aan de Gürtel vindt iedereen het café dat bij hem past (Lerchenfelder, Hernalser en Währinger Gürtel tussen Burggasse en Nussdorfer StraBe).
Reacties